401Concerts Nr. 3 – Nederlandse Opera's in het Kröller-Müller Museum

401COnc3Logo39029 Mei 2016
Kröller-Müller Museum
Hoogtepunten uit Nederlandse opera’s uit de tijd van Anton en
Helene Kröller-Müller.


Fragmenten uit opera’s van Cornelis Dopper, Daniël de Lange, Gerard von Brucken Fock, Julius Röntgen, Willem Landré, Jan van GilseJan Brandts Buys en Richard Hageman

Uitvoerenden: Jolien De Gendt (sopraan), Denzil Delaere (tenor), Pieter Dhoore (piano), Ann Vancoillie (viool)

Download via: 401Concerts 3 download

 

 
401COnc3Logo130401Concerts 3 (Video)
Download: € 7.99
401COnc3LogoAud130401Concerts 3 (Audio)
Download: € 7.99

 

Op 29 mei volgt het 3e 401NederlandseOperas concert in het Kröller-Müller Museum te Otterloo. Sopraan Jolien De Gendt, tenor Denzil Delaere, pianist Pieter Dhoore en violiste Ann Vancoillie zullen daar aria’s, duetten en interludes ten beste geven uit opera’s gecomponeerd tijdens de levens van Anton en Helene Kröller-Müller, de stichters van het vermaarde museum. Aan bod komen o.a. Cornelis Doppers De blinde van Casteel Cuillé (1894), Willem Landré’s De roos van Dekama(1896), Daniël de Lange’s Lioba (1906), Jan van Gilse’s Helga von Stavern (1911), Gerard von Brucken Focks Jozal (1912), Julius Röntgens Agnete (1914) en De lachende Cavalier (1918), Jan Brandts BuysDe kleermakers van Marken (Die Schneider von Schönau) (1916), en Richard HagemanCaponsacchi (1932). Seghers: 'Een bijzonder programma met louter wereldpremières in de moderne tijd. Caponsacchi is de enige opera van een Nederlander ooit aan de Met opgevoerd. Lioba is op tekst van Frederik van Eeden, De roos van Dekama naar Jacob van Lennep. Röntgen en Dopper zijn componisten uit de Gouden Rand van Het Concertgebouw, waarvan sinds 100 jaar geen operafragment is uitgevoerd. Van Gilse schiep met Thijl het grootste meesterwerk van de Nederlandse operaliteratuur en zijn Helga von Stavern belooft vuurwerk. De hoogtepunten uit deze werken zullen optimaal tot hun recht komen in de bijzondere ambiance van Het Kröller-Müller Museum.

Partners:Nederlands Muziek Instituut, Kröller-Müller Museum

Persbericht

Anton (1862-1941) en Helene (1869-1939) Kröller-Müller kwamen tot wasdom in een periode die in de kunst vermaard werd om het impressionisme, waaraan Nederland in de ruimste zin des woords onder meer bijdroeg via Vincent van Gogh, George Hendrik Breitner, Jan Toorop en Isaac Israëls, allen generatiegenoten van het echtpaar. In de literatuur zien we in deze vroege levensfase van de Kröller-Müllers de tachtigers tot wasdom komen, waaronder Frederik van Eeden. Deze schreef één dramatische tekst, Lioba, getoonzet door Daniël de Lange, waarvan het concert enkele hoogtepunten geeft, waaronder het ooit beroemde liefdesduet. In De roos van Dekama uit 1894 blikt componist Willem Landré terug op het gelijknamige boek van de grootste Nederlandse literator uit de eerste helft van de negentiende eeuw, Jacob van Lennep.

Vrijwel iedereen die Het Concertgebouw bezoekt kijkt voor aanvang van concerten vaak naar de namen in de zogenoemde Gouden Rand van de balustrades: Brahms, Wagner, Beethoven, Haydn, Mozart en dan rijst als vanzelf de vraag naar wat… Cornelis Dopper en Julius Röntgen in dat rijtje doen? Toen Het Concertgebouw in 1888 werd geopend waren dat echter de grote namen uit de Nederlandse muziekwereld, namen die voor de Kröller-Müllers bijna even vanzelfsprekend waren als die van de anderen. Na meer dan 100 jaar vergetelheid klinken in het Kröller-Müller Museum op 29 mei 2016 hoogtepunten uit DopperDe blinde van Casteel Cuillé (1894) en RöntgenDe lachende Cavalier (1919), belangrijke schakels in de Nederlandse operageschiedenis. De lachende Cavalier is ontsproten aan het gelijknamige schilderij van Frans Hals.

Initiatiefnemener van het project, muziekfilosoof René Seghers, denkt verder te verrassen met het prachtige maneschijnduet uit Gerard von Brucken Focks opera Jozal uit 1912, de periode dat de Kröller-Müllers actief begonnen met het verzamelen van kunst. Wellicht de bekendste componist op het programma is Jan van Gilse, die het meesterwerk van de Nederlandse operaliteratuur schreef, Thijl. Minder bekend is dat Van Gilse in 1913 Helga von Stavern componeerde, een werk dat in de ijskoude sopraanpartij vooruitloopt op Turandot. In het Nederland van het fin de siècle, de jugendstil en vroege abstracten als Piet Mondriaan en Bart van der Leck moeten we overigens vooral niet denken aan de commerciële trekjes van Verdi of Puccini. Onze componisten kozen veelal literaire thema’s als uitgangspunt voor hun werken. Geen doorsnee liefde en wraakplots, maar gevoelsconflicten die personages voor onmogelijke keuzes tussen een hogere roeping en persoonlijk geluk stellen. Dat geldt ook voor Richard Hagemans Caponsacchi uit 1932, de enige opera van een Nederlander die ooit aan The Metropolitan Opera New York is opgevoerd. Hageman was geen Amerikaan zoals vaak wordt gedacht, maar een geboren en getogen Fries die in Amerika de sound van de John Wayne-Westerns bedacht, waarvoor hij de eerste Nederlandse Oscar ooit won. In het Kröller-Müller Museum zullen voor het eerst fragmenten van Caponsacchi in Nederland worden uitgevoerd. Alle operafragmenten zijn creaties in de moderne tijd, behalve het fragment uit Jan Brandts Buys' Die Schneider von Schönau uit 1916, want met internationale opvoeringen tot de jaren tachtig van de vorige eeuw was dit de grootste hit uit de vaderlandse operageschiedenis.


Het 401NederlandseOperas concert met Nederlandse operamuziek uit de tijd van Anton en Helene Kröller-Müller vindt plaats in de context van René Seghers'  werk aan een handboek van Nederlandse en Vlaamse opera's. Omdat er van de meer dan 400 opera's die er hier sinds 1680 werden gecomponeerd vrijwel geen opnamen bestaan organiseert Seghers samen met Anthony van der Heijden concerten waarbij hoogtepunten uit het Nederlandse opera verleden worden uitgevoerd. Deze concerten worden via de website 401NederlandseOperas.nl toegankelijk gemaakt. Zo gaat de voortgang van het boek hand in hand met het ontsluiten van de muziek. Seghers is o.a. bekend van de tijdschriften Villa d’Arte en Luister, de biografie van Jacques Brel, de Amerikaanse biografie van Franco Corelli en de 401DutchDivas website.


Speciaal voor het concert in het Kröller-Müller Museum zijn alle genoemde partituren gedigitaliseerd en uitvoerbaar gemaakt. Seghers: “Het betreft in alle gevallen handschriften, deels zelfs orkestpartituren uit de archieven van Het Nederlands Muziek Instituut, waarvan transcripties voor stem en piano moesten worden vervaardigd. De samenwerking met het museum zie ik als een soort voortzetting van het werk van de Kröller-Müllers. Het is in de geest van hun levenswerk dat naast de schilderijen uit die tijd nu ook de zo bijzondere Nederlandse opera’s uit die boeiende periode worden gered.”


Downloads

Het concert is vanaf 30 mei 2016 downloadbaar via de 401Concerts 3 downloadpagina.