401Concerts 10 De Nieuwe KHL Amsterdam

401Concerts10Logo320good2Zondag 14 januari 2018
De Nieuwe KHL
Oostelijke Handelskade 44, Amsterdam
Info/reserveren: 020-779-1575
Email: Dit e-mailadres is beschermd tegen spambots. U heeft Javascript nodig om het te kunnen zien.
Aanvang: 16.00 uur
Entree: euro 15

Sopraan Barbara Schilstra
Tenor Hendrik Vonk
pianist Wolter Willemsen

Op 14 januari 2018 treedt 401NederlandseOperas met sopraan Barbara Schilstra, heldentenor Hendrik Vonk en pianist Wolter Willemsen aan in De Nieuwe KHL aan de Oostelijke Handelskade Amsterdam. Dit Amsterdamse debuut staat niet alleen in het kader van onze studio-opnamen met hoogtepunten uit het Nederlandse Heldentenor repertoire. Ook hoogtepunten uit ons onderzoek naar Nederlandse opera's in de Koninklijke Verzamelingen rondom hofcomponist Charles van der Does worden  gepresenteerd, samen met een sneak preview van ons Jan Brandts Buys Festival dat in september plaatsvindt in Zutphen. Als onderdeel van de eigen programmering van De Nieuwe KHL zullen we gedurende 2018 een basis voor ons 401NederlandseOperas project in Amsterdam leggen.

 
130COncert4401Concerts Nr. 4 (Audio)
Download: € 7.99
401ConIV130401Concerts Nr. 1 (Video)
Download: € 7.99

 

Programma:

Charles van der Does: Le roi de bohème (1852)

Act I-10 'Au destin... Adieu mon pays' (Georges) (HV)

Willem Henri Lucas: Béla?  (1893)

'Non mes amis' (Air de Farkas) (HV)

Marinus Cornelis van de Rovaart: Der verwunschene Prinz (1895)

'Ich habe wohl gehofft' (Act III-13, Lied Prinz) (HV)

Cornelis Dopper: Frithjof (1895)

‘Hoor mij aan voor gij beslist’ (Act II, Frithjof) (HV)

Marinus Cornelis van de Rovaart: Liefde (1899)

'Hoort een krijgsman staat voor de deur' (Lied) (HV)

Jan Brandts Buys – Hero und Leander (1929)

‘Hier liege du’ (Act III, Hero) (BS)
‘Ha, was ist das? Zurück!’ (Act III, BS-HV)

Jan Brandts Buys – Ulysses (1932)

‘Jahre, Monde, Stunden, Tage’ (Act I, Penelope) (BS)

401NederlandseOperas in De Nieuwe KHL

KHL320bAan de buitenkant zou je niet direct vemoeden dat café-restaurant De Nieuwe KHL een werkelijk schitterende concertzaal heeft, compleet met podium en vleugel. De concertzaal staat los van het café-restaurant gedeelte, maar dat wil niet zeggen dat de doorloop naar het restaurant geen prettige verrassingen herbergt: de keuken is klassiek Frans met een knipoog naar de Latijns-Amerikaanse keuken. Klassiek en exotisch – je proeft de geschiedenis van de locatie aan de beroemde Oostelijke Handelskade in de kaart. Het monumentale pand is honderd jaar geleden gebouwd als koffiehuis van scheepvaartmaatschappij Koninklijke Hollandse Lloyd. Kapiteins, bemanningsleden en internationale passagiers kwamen hier langs voor koffie, bier of een klein menu. Jan Krabben van De Nieuwe KHL: 'De prachtige achterzaal biedt een podium aan musici, kleinkunstenaars, verhalenvertellers, koks… iedereen die onze gasten een bijzondere middag of avond kan bieden. En is te huur voor feesten, vergaderingen of andere activiteiten. Sfeer verzekerd. Met het opnemen van 401NederlandseOperas in onze eigen programmering dragen we bij aan het behoud van de Nederlandse muziekcultuur. Dat past goed bij de historie van het gebouw en wellicht vinden we er een nieuw publiek mee.'

Partners: De Nieuwe KHL, Nederlands Muziek Instituut, Koninklijke Verzamelingen, Stichting ParDOES, Stichting G.H.G. von Brucken Fock

Charles van der Does: Le roi de bohème (1852)

320DoesCharles van der Does (1817-1878) was hofcomponist van koning Willem III. Van der Does componeerde tijdens de tweede bloeiperiode van het Haagse Franse Theater, de huidige Stadsschouwburg. Opmerkelijkerwijze is hij als componist zelfs in naam volledig vergeten. Opmerkelijk, omdat er uit die tijd amper Neerlandse opera's bekend zijn en al helemaal niet bewaard, terwijl er van Van der Does zeker negen complete partituren overleverd zijn. De meeste daarvan zijn opéra comiques in de stijl van Auber. Le roi de bohème is Van der Does' enige grand opéra van majestueuze proporties. De muziek staat in de context van de school van Auber en minder van Meyerbeer. Le roi de bohème kondigt hier en daar de meer romantische stijl van Gounod al aan. De tenor, Georges, heeft in Le roi de bohème een half dozijn grote aria's, waarvan de  mooiste op het concert worden uitgevoerd. Het verhaal is vergelijkbaar met dat van Verdi's Il finto Stanislao of 'Koning voor een dag'. In dit geval neemt de herder Georges door een opmerkelijke gelijkenis met de verdwenen koning diens plaats in, daartoe aangezet door de raadsman van de koningin. Die denkt via de eenvoudige herder de macht naar zich toe te kunnen trekken. Aanvankelijk gelooft zelfs de koningin dat haar man is teruggekeerd maar natuurlijk komt de waarheid aan het licht. Georges heeft zich dan echter zo'n goede en wijze vorst getoond dat hij geliefder is dan de echte koning was. Hij heeft het spel bovendien alleen meegespeeld om de koningin te redden, want de raadsman die hem op de troon wilde, plande ook haar dood. De koningin vergeeft hem en zet hem de kroon van Bohemen op het hoofd.

Willem Henri Lucas: Béla? (1893)

henriLucasWillem Henri Lucas (1858-1936) heeft vermoedelijk gestudeerd aan de Koninklijke Muziek- en Zangschool in Den Haag, en daarna bij Gaston Salvayre in Parijs. Hij was van 1890 tot en met 1896 actief als opera- en operettedirigent aan theaters te Grenoble, Antwerpen, Le Mans en Namen. Naast salonmuziek en gelegenheidswerken bleven de voltooide eerste akte van zijn opera, Béla? uit 1893 en de operette Le voyage aux Alpes uit 1897 bewaard. Op de vleugels van jeugdig enthousiasme begon Lucas rond 1893 aan de compositie van Béla?, waarvan hij het grootste deel van de eerste akte voltooide. Het lijkt erop dat het bij dit in de archieven van het NMI bewaard gebleven torso is gebleven. Wellicht had hij gehoopt met deze eerste akte de handen voor een opvoering op elkaar te krijgen in een van de Franstalige provincietheaters waar hij dirigeerde, maar een blik op het krakkemikkige tekstboek volstaat om te begrijpen dat dit een illusie was. Aan de plot ligt het niet, want het clichéverhaal rond een zigeunerachtige bandiet die uit liefde voor een meisje probeert zijn verleden achter zich te laten was een geliefd thema in literatuur en opera. Aan kampvuur en Arpad & Rilana-romantiek heeft Béla? bepaald geen gebrek. Het zijn de amateuristische verzen zelf die de karakters gaandeweg in karikaturen veranderen. De muziek daarentegen is fris en vol ambitie. Je hoort de grote operadromen van de jonge Lucas terug in de sprankelende 'Air de Farkas', waarin roverhoofdman Farkas zijn bende bij een onheilspellend kampvuur uitlegt dat hij het oogstfeest wil bezoeken waar hij een jaar eerder een meisje ontmoette dat hij niet kan vergeten. Zijn bende moet hem beloven zich daar netjes te gedragen in plaats van de feestende dorpelingen te vermoorden en te beroven. Dit keer moeten ze hem namelijk helpen het hart van een meisje te veroveren in plaats van haar goud! Om zijn identiteit te verhullen moeten ze Farkas daar aanspreken als 'Béla'!

Cornelis Dopper: Frithjof (1895) en Wilhelm Ratcliff (1900)

DopperSL9USAVrijwel iedereen die Het Concertgebouw bezoekt kijkt voor aanvang van concerten vaak naar de namen in de zogenoemde Gouden Rand van de balustrades: Brahms, Wagner, Beethoven, Haydn, Mozart en dan rijst als vanzelf de vraag naar wat… Cornelis Dopper (en Julius Röntgen) in dat rijtje doet? In de jaren nadat Het Concertgebouw in 1888 werd geopend, werden dat gaandeweg de grote namen uit de Nederlandse muziekwereld. Eerder presenteerden wij DopperDe blinde van Casteel Cuillé (1894), een werk waarmee de destijd 19jarige componist opmerkelijk succes bij de Nederlandsche Opera van Cornelis van der Linden boekte. Op 401Concerts 5 kwamen de grote tenoraria 'hoort mij aan' uit Frithjof en de 'Prelude' tot William Ratcliff aan de orde. Een wereld van verschil. Na het succes van De blinde van Casteel Cuillé stapte Dopper af van de publieksvriendelijke aanpak waarin hij een soort smeltkroes van het beste uit 50 jaar opera op meeslepende eigen muziek presenteerde. Hij achtte zich zich namelijk rijp voor het grote werk en koos nu slechts één opera als uitgangspunt: Wagners Lohengrin. Uit DopperFrithjof wordt gaandeweg duidelijk dat Lohengrin niet alleen de 'lichter Tempel' in Montsalvat bezocht, maar dat de heilige graal ook in Frithjofs droombeeld van Griechenland kon liggen! Frithjof brengt ons Dopper als Wagner-epigoon van het zuiverste water, daar valt niets op af te dingen. Hier geldt hetzelfde als voor Vorstmans Seelenkampf, namelijk dat het vandaag de dag fascinerend is die veelbesproken maar nooit gehoorde Wagner-epigonen eens te horen. Het is een term die in deze periode in de vaderlandse (en internationale) muziekwereld veelvuldig word gebezigd, maar omdat er geen noot van al deze epigonen is opgenomen weet feitelijk niemand meer hoe een Wagner-epigoon precies klinkt. Ik ben er van overtuigd dat een groots opgezet concert in Amsterdams muzikale graaltempel rondom vaderlandse Wagner-epigonen zou uitverkopen. eker met vol orkest, want net als bij Vlaamse Wagnerepigonen als Paul Gilson, Brenngier en de jonge August De Boeck schuilt hun eigenheid doorgaans in de verfijnde graad van de orkestratie, die vaak veel subtieler en moderner is dan de vocaal-Wagneriaanse sagensfeer. Op zo'n Wagner-epigonenconcert mag het betoverend mooie 'Hoor mij aan' uit Doppers Frithjof in ieder geval niet ontbreken. Door omstandigheden rondom Cornelis van der Lindens noodlijdende Nederlandsche Opera kwam Frithjof in 1894 nooit tot uitvoering. Alleen delen ervan zijn later eens concertant gegeven en dat resulteerde niet in het gedroomde vervolg. Dopper had daarmee zijn Wagnerlesje daarmee geleerd en gooide het vervolgens over een heel andere boeg. De prelude van William Ratcliff is stilistisch niet zo eenvoudig te vangen. Het stuk tekent de mystieke sfeer van het verhaal rond de verdoemde Ratcliff die alle huwelijkskandidaten van zijn geliefde maria een voor een vermoord. Doppers William Ratcliff, op de letterlijke Duitse tekst van Heinrich Heine (Mascagni en Cui gebruikten een Italiaanse en Russische vertaling), staat in 1900 al met een stevig been in de vroege twintigste eeuw. Van dit fascinerende werk dat ooit een uitvoering in Duitsland mocht beleven, zullen in het komende jaar meerere delen worden opgenomen. Het zou voor CPO een droomtitel zijn!

Marinus Corelis van de Rovaart: Der verwunschene Prinz (1895) – Liefde (1899)

320rovaartOver Marinus Cornelis (MC) van de Rovaart (1871-1939) is bijzonder weinig bekend en over zijn opera's nog veel minder. Hij zette zich later in voor dilettantenmusici maar had in zijn Sturm und Drang-jaren enig succes met de opera Die verwunschene Prinz uit 1894 dat in Oostenrijk is opgevoerd, voor een Nederlandse componist geen kleinigheid. Die verwunschene Prinz is een bijzonder werk waarvan we in ons studio-opnamenproject later fragmenten hopen op te nemen, als de tekst is ontcijferd (deze is in de huidige vorm onleesbaar). Over Der Gnomenkönig/De Dwergenkoning uit 1897 en Liebe/Liefde uit 1899 is niets anders bekend dan de hetgeen de noten in de in het NMI bewaard gebleven manuscriptpartituren ons vertellen. In Liefde toont Van de Rovaart zich net als Dopper in 1894 met De Blinde van Casteel Cuillé een componist van goed in het gehoor liggende melodieën, met links en rechts een volksliedachtige inslag, zoals in het tijdens 401Concerts 5 uitgevoerde lied 'Hoort een krijger staat voor de deur'. Hierin vraagt een soldaat een meisje of hij even mag binnenkomen, omdat hij ten strijde trekt en zijn toekomst onzeker is. De strekking van de opera lijkt uit dit lied uit de eerste akte te volgen. Interessant is de contekst van zijn eerdere, zijdelings in de geest van Wagner geschreven opera's, is dat Van de Rovaart later met Loh en Grien een onvervalste Wagnerparodie schreef. Dat genre mag op een toekomstig concert met Wagner epigonen natuurlijk evenmin ontbreken!

Jan Brandts Buys: Hero und Leander (1929) – Ulysses (1932)

JanBrabdtsBuysTenBokumHero staat op het punt tot priesteres van Afrodite gewijd te worden als Leander haar ziet en verliefd op haar wordt. Hij bezoekt haar ‘s nachts in de vuurtoren waar zij moet waken maar de priesters zien hem aan de voet van de vuurtoren en waarschuwen de hogepriester. Die vraagt de goden Leander te straffen. Deze struikelt daarop in de afdaling en verdrinkt in zee. Als Hero de andere ochtend ontdekt wat er is gebeurd wil ze sterven, om met Leander begraven te kunnen worden. Als de hogepriester dit weigert, stort zij zichzelf in zee. Het werk vond in de nasleep van de beurscrash op Wallstreet namelijk geen theater dat het aan durfde nemen. Er was sprake van een uitvoering in 1931 te München maar daar lijkt men het risico te groot te hebben gevonden om onder voornoemde omstandigheden een ernstig werk op te voeren van een componist die alleen succes in komisch aangelegde opera’s had gekend. Na een try-out in 401Recordings II vindt de wereldpremière van twee centrale hoogtepunten plaats op 14 januari 2018 in De Nieuwe KHL, Amsterdam, met Barbara Schilstra als hero en Hendrik Vonk als Leander en Wolter Willemsen op piano.

Brandts Buys voltooide zijn laatste opera Ulysses op 10 juni 1932, maar slaagde er niet meer in het komische werk bij leven uitgevoerd te krijgen. Hij overleed op 7 december 1933 te Salzburg. Pas in maart 1937 volgde een speciale radiouitvoering in het kader van onbekende opera’s, waarvan de opnamen helaas verloren zijn gegaan. Volgens Jan ten Bokums biografie over de componist leeft deze opera bij de gratie van een serie bijzondere hoogtepunten. Het zijn natuurlijk precies deze stukken die tijdens het operaconcert op het Jan Brandts Buys Festival van 21-23 september 2018 zullen worden uitgevoerd. De live wereldpremière van een van deze hoogtepunten vond op 14 januari 2018 plaats in De Nieuwe KHL.

Het 401NederlandseOperas Handboek in wording

401Concerts 9 is ons derde concert in de Oude Kerk Scheveningen met Nederlandse operamuziek voor Heldentenor, in de contekst van het handboek van 401 Nederlandse en Vlaamse opera's waar muziekfilosoof René Seghers' sinds 2010 aan werkt. Omdat er van de meer dan 400 opera's die er sinds 1678 werden gecomponeerd vrijwel geen opnamen bestaan organiseert 401NederlandseOperas.nl concerten waarbij hoogtepunten uit het Nederlandse opera-verleden worden uitgevoerd. Hoogtepunten uit deze concerten worden via de 401Concerts en 401Recordings pagina’s op de website toegankelijk gemaakt. Zo gaat de voortgang van het boek hand in hand met het ontsluiten van de muziek.

Samenwerking met het Nederlands Muziek Instituut & Koninklijke Verzamelingen

Speciaal voor het concert zijn alle genoemde partituren gedigitaliseerd en uitvoerbaar gemaakt. Seghers: 'Het betreft in alle gevallen handschriften, deels zelfs orkestpartituren uit de archieven van Het Nederlands Muziek Instituut, waarvan transcripties voor stem en piano moesten worden vervaardigd. De samenwerking met het NMI is na zeven jaar onderzoek in hun archiven structureel geworden en wij werken momenteel samen aan vervolgprojecten, daaronder de wereldpremières in de moderne tijd van opera's uit het Théâtre Français de la Haye uit de late 18e en vroege 19e eeuw.'

In de Koninklijke Verzamelingen is sinds 2015 onderzoek gedaan. Dat onderzoek is eind 2017 afgerond, waarna toestemming werd verkregen om de teruggevonden nederlandseoperapartituren uit de Koninklijek Verzamelingen uit te voeen en op te nemen. 401Concerts 9 is het eerste concert waarop wij muziek uit deze collectie presenteren, in de vorm van de drie aria's van Charles van der Does' grand opéra Le roi de bohème.


Downloads & cd

Zie 401Recordings en 401Sales voor actuele informatie over cd-releases en downlaods van concerten.